“Zelfs een doorgewinterd acteur als Gijs weet maar al te goed hoe we ons voelen.”

Masterclass van Gijs Scholten van Aschat

Geschreven door Berber DNA leerjaar 2 lichting 2022

“Ja ja!” klinkt de stem van Gijs, gepaard met een schalkse glimlach. Hij gaat het niet rustig aan doen met ons. In een cirkel om hem heen staat mijn klas in verscheidene rek- en strek houdingen. Er rijst een mengelmoes van geluiden uit de kring van zuchten, steunen, kreunen, krakende en knakkende gewrichten, vermengd met klingelende kettingen en oorbellen, en gerommel van haren en kleren die worden gladgestreken en recht getrokken. Dit laatste ten gevolge van de zenuwslopende activiteit die de eerste helft van de dag besloeg; het maken van nieuwe castingfoto’s. Haastig voeg ik mij bij de rest van de groep op een vrije plek in de kring, nadat ook ik als laatste gelukkig  heelhuids van mijn gewaagde strijd met de telelens en softbox van onze fotograaf Thijs ben teruggekeerd. De  les kan dan nu eindelijk écht beginnen.

Eindelijk, want in zekere zin begon deze les vorig jaar al, in de vorm van een vraag in de mailboxen van de deelnemers: of je aan een klassieke of moderne tekst wilde werken, en of je in een paar zinnen kon zeggen waar je nu staat als acteur en wat je uit dit nieuwe leerjaar wilt halen. Ik had er lang over nagedacht, maar tegen de tijd dat we op een prille lente dag in maart naar instructies van Gijs de stoelen klaarzetten in de door de zon helder verlichtte studio ben ik mijn antwoorden allang weer vergeten. Op de voorgrond van ieders hersens zijn onze teksten. De afgelopen weken zijn er van een gezellige huiskamer in het zuidelijke Maarheeze, naar de grachtengordel in Amsterdam, tot aan een smal balkon in mijn koude Leeuwarden met ijver teksten opgedreund, ingestampt, uitgeplozen, bestudeerd en gecontextualiseerd; van Schakespeare  tot Pinter, van Chekhov tot Woody Allen. Verschillende mensen, uit verschillende plaatsen, met verschillende teksten,  geleerd op verschillende methoden, maar elk gaan ze zitten met dezelfde gedachte: als ik mijn tekst maar goed doe.

Maar na een meer dan 40 jarige glansrijke carrière, weet zelfs een doorgewinterd acteur als Gijs kennelijk maar al te goed hoe we ons voelen, en begint hij met de vraag of we groepje voor groepje in een rij op de vloer willen staan en onze tekst simpelweg eens willen opzeggen. Om ons als het ware eerst met de kleine teen het water te laten testen voor hij ons in het diepe gooit. En zelfs wanneer dat moment komt, gooit hij ons niet zonder een reddingsvest; één voor één worden er teksten opgezegd, gevold door uitleg en instructie van Gijs; waar gaat de tekst over? Wat is de context? Wat is de subtekst, datgene wat er eigenlijk schuil gaat achter elk woord? Hoe zet je de zinnen neer? En hoe maken we het interessant om naar te kijken? Door de tekst langzaam, met veel gespannen stiltes te doen, of juist door er een chaotische kakofonie van te maken? Wat is het ritme van de tekst, en waar zitten de bruggetjes, de momenten dat je van de ene gedachte of emotie overgaat op de andere? Af en toe doet Gijs stukjes tekst voor om op ons over te brengen hoe hij de scène voor zich ziet, en dan kijkt de klas ademloos toe hoe hij de scène voordoet op een wijze die niet onder zou doen voor première avond in Carré, om daarna direct dezelfde tekst weer op een totaal andere maar even indrukwekkende wijze te spelen. De klas wordt gedurende de eerste helft van de les steeds kleiner naarmate er meer groepjes en duo’s hun tekst hebben opgezegd en vervolgens met een uitleg en opdracht van Gijs elders in het gebouw zijn gaan repeteren. Zo vliegt de eerste helft van de les voorbij, en na een korte lunch komt iedereen weer terug naar het lokaal, om te laten zien waar we aan gewerkt hebben. Op het einde van de eerste dag heeft iedereen dan ook uitgebreid kennisgemaakt met hun tekst, klaar om deze verder te verkennen in de tweede les.

De volgende dag baan ik mij een weg door het doolhof dat zich Theater Orpheus noemt, op zoek naar de zaal waar onze tweede les zal plaats vinden. De dag begint met beduidend minder zenuwen, gezien er niet eerst een camera dient worden te overwonnen, en we allen inmiddels bekend zijn geworden met onze tekst en onze docent. Na de nodige koffie en thee begeven we ons wederom in een kring voor de opwarming, die dit keer niet alleen uit rekken en strekken bestaat maar ook een uitgebreide ademhalingsoefening. Adem, zo leren we later in deze les, is een belangrijk hulpmiddel voor Gijs; Om tot rust te komen voor een voorstelling en kalm op het toneel te staan, om je stem te dragen zodat ook de achterste rij meekrijgt waar je het over hebt, maar ook om een zin of emotie mee te beginnen. Een impuls komt volgens Gijs namelijk doorgaans vanuit de adem, en dit is dan ook een goed uitgangspunt om een nieuwe impuls op het toneel mee in te zetten. We pakken de les op waar deze gister was geëindigd; we spelen elk onze scène nogmaals, om op te halen waar we gister waren gebleven en te kijken hoe de scène is geland na er een nachtje op te hebben geslapen. Waar we gister kennis mochten maken met de scènes, is het nu tijd om er mee te spelen. Een scène waar twee nette Russische dames elkaar door hun decorum heen beledigingen naar het hoofd slingeren, wordt er nu een waar ze elkaar als twee viswijven te lijf gaan. Een felle confrontatie over de ontrouw van een partner, veranderd in een manipulatief spel. En in plaats van een uitgebreide en bevlogen discussie op de vloer, beramen lord en lady McBeth nu heimelijk hun moord op de koning terwijl ze tafelen met hun gasten die daar niets van mogen merken. Gijs werkt op de vloer aan een scène, de rest van de klas is in de foyer aan het repeteren, of kijkt mee vanaf de kant, waar ijverig wordt mee gepend om de uit lange ervaring vergaarde wijsheden die hem tijdens het lesgeven terloops ontvallen op papier te krijgen, liefst op zo’n manier dat we er later ook nog gehakt van kunnen maken.

De les komt tot een einde met een laatste opvoering van de scènes. Gijs kijkt goedkeurend toe vanaf de kant, ogenschijnlijk blij met het resultaat dat hij met ons heeft behaald aan het einde van deze twee dagen. Gister stonden we op een rijtje onze tekst op te zeggen, nu spelen we kleurrijke scènes. Aan het einde van de dag rijd ik moe en voldaan terug naar Friesland, gewapend met nieuwe inzichten en ervaring om voortaan mijn teksten zelfverzekerd mee te lijf te gaan.